VAN ESCH François Martin
Foto Rudy Kenis Bidprentje Atheneum Diest
Burgerlijk:
Geboorte datum: 22-04-1894
Geboorteplaats: Diest
Adres: Hallenstraat, Diest
Vader: Jean Constantijn
Moeder: Coomans Virginia
Burgerlijke stand: ongehuwd
Beroep:
Grootte:
Haarkleur:
Militair:
Indiensttreding: 01-01-1914
Stamnummer: 154/2973
Graad: Soldaat Tweede Klasse
Eenheid: 4e Artillerie / 2 Groep : 60 Batterij
Datum overlijden: 02-04-1916
Ouderdom: 21 jaar
Oorzaak: obusscherven en instorting
Plaats verwonding:
Plaats hospitaal:
Plaats overlijden: Kaaskerke
Begraafplaats: Adinkerke Belgisch Militair Kerkhof
Graf nr 1471
Nadat de Duitsers in augustus 1914 in België binnenvielen zijn ze vrij snel doorgedrongen tot diep in België.
In het westen van België werd er echter hard strijd geleverd om en rond de Yzer.
Er was dan de inundatie en vanaf dat moment (begin 2015) stagneerde de opmars in België.
De Belgen en geallieerden namen stelling rond de Yzer en stilaan werden loofgraven aangelegd.
In Kaaskerke staan 2 grote olietanks waar de Duitsers observatieposten op geplaatst hebben.
Op 12 mei 1915 wordt besloten in de IJzerdijk een greppel te graven in de richting van de tanks. Zes dagen later starten de werken. Aanvankelijk is deze boyau – of naderingsloopgraaf – slechts 70 centimeter diep en 60 centimeter breed, waardoor staan of zitten onmogelijk is. Een echte loopgraaf is het dus zeker niet. Wanneer de soldaten elkaar aflossen, zijn ze verplicht liggend over elkaar heen te kruipen. Tien dagen later reikt de greppel 350 meter ver – ongeveer de helft van de afstand tot aan de petroleumtanks. Dan stellen de Belgen tot hun ontsteltenis vast dat de Duitsers zich uit de tegenovergestelde richting ook een weg hebben gegraven. Beide legers liggen nu nog ongeveer 20 meter van elkaar. Verder graven lijkt voor geen van beide partijen zin te hebben. Het einde van de boyau wordt de gevaarlijkste plek aan het Belgische front. De Belgen moeten niet alleen afrekenen met Duitsers die op enkele meters tegenover hen zitten, maar ook met die aan de overkant van de IJzer. Zij houden de primitieve greppel over de hele lengte in de gaten. Dag en nacht wordt er geschoten en worden er granaten afgevuurd. Al snel wordt de officiële naam van de greppel – Boyau de la communication de la borne 16 de l’Yser (of Verbindingsloopgraaf van kilometerpaal 16 aan de IJzer) – door de soldaten veranderd in Boyau de la Mort, de Dodengang.
De 2 stukgeschoten olietanks in Kaaskerke
De eerste loopgraven zijn dus ontstaan in Kaaskerke bij Diksmuide.
Deze werden steeds meer uitgebouwd tot ze uiteindelijk versterkte vestingen werden.
Begin 1916 begon men betonnen bunkers aan te brengen die meer bescherming boden.
Het is op 2 april 1916 dat Van Esch zich waarschijnlijk in een van die bunkers bevond en dodelijk getroffen werd door een obus.
Hij wordt begraven op het Belgisch militair kerkhof van Adinkerke.
De loopgraven van Kaaskerke zijn de enig die nog bewaard zijn en kunnen nog steeds bezocht worden. Voor meer info klik hier.
Maak jouw eigen website met JouwWeb